Doorgaan naar hoofdcontent

Belofte maakt schuld




De eerste helft van de afgelopen week hou ik de rust erin, op de voorbereiding om eindelijk mijn belofte na te komen om bij twee hele lieve vrienden op bezoek te gaan. Zij zijn zes jaar geleden verhuisd van een huis met een tuin naar een riant appartement, waar ze veel minder werk aan hebben en dus lekker veel tijd met z’n tweeën of met vrienden of familie op hun zeiljacht door kunnen brengen. Dat is genieten en na een leven van hard werken aan allebei zeer gegund. Ik ken beide langer dan 25 jaar en het is gewoon altijd een feestje om bij hen te zijn. Toch was er iets dat mij de afgelopen jaren tegenhield om hen een bezoek te brengen. Dat had niets met hen te maken, maar met mezelf. Toen zij verhuisden, moest ik een rugoperatie ondergaan en daarna revalideren om mijn balans terug te vinden om weer te kunnen lopen en fietsen. Dat heeft heel wat inspanning gekost en ik heb in die tijd heel wat tranen gelaten. Dit had flink wat tijd nodig, maar gelukkig ben ik hersteld en hoewel het lopen zo af en toe nog wat ongemakkelijk gaat, fiets ik weer en doe mijn best om toch een beetje in beweging te blijven wat als schrijfster niet altijd lukt, want schrijven doe ik nu eenmaal zittend. En zo af en toe loop ik een rondje door mijn kleine paleisje en wanneer het straks iets minder druk is op het front hier, dan ga ik weer stok sjokken op de hei. Na al die narigheid met mijn rug, kreeg ik angst om grote stukken te gaan rijden. 

Ik, die in mijn leven het hele land doorgereden ben, van Noord naar zuid en van Oost naar West nooit bang. Ik vond autorijden altijd leuk en deed het graag. Ik heb 52 jaar mijn rijbewijs en vind autorijden nog steeds plezierig. Maar elke keer stelde ik deze rit uit. Het zweet brak mij uit als ik eraan dacht om naar de plaats te moeten rijden waar mijn dierbare vrienden wonen. En dat terwijl ik dit stuk zo vaak gereden heb, richting den Haag/ Rotterdam, fluitje van een cent, niets aan de hand. Nu deze angst langzaam begint weg te ebben en ik al een keer, zij het met hindernissen, naar Amstelveen ben gereden. Ga ik mijn angst overwinnen. Temeer omdat ik me schaam dat ik het zo lang heb laten duren, ga ik mijn angst te lijf en rijd ik afgelopen donderdag richting Alphen. Daar word ik met open armen ontvangen en blijf  een nachtje slapen om de volgende dag voor te mogen lezen op de Daltonschool waar vriendin ’s dochter als juf werkt en vorig jaar een workshop heeft gegeven voor haar klas met het prentenboek van de barones. Dat was een groot succes. Ze heeft nu een nieuwe groep en ik ben uitgenodigd. Dit keer geen workshop, maar een kleurwedstrijd met kleurtjes van de barones en een kleurplaat
         .                              

Even terug naar donderdag. Het was een rit met hindernissen waarin ik mezelf flink toe spreek om de angst, die constant als een donkere stem in mij aanwezig is, kwijt te raken. Ik verman mezelf en spreek zelfs de stem toe met de woorden’ kun jij nu niet voor één keer tegen mij zeggen hoe goed ik het doe, dat ik toch maar in de auto ben gekropen en een uur tussen het drukke verkeer met de stroom probeer mee te gaan? Mijn kalmte bewaar?’ Je kunt natuurlijk ook een keer zeggen ‘goed zo Jo’ en als je dat niet kunt opbrengen’ dan mag je van mijn part ophoepelen, ga iemand anders pesten of verdwijn richting het licht. Maar val mij niet langer lastig! Het werkt! Door mijn onzekerheid ging er voor mijn vertrek van alles mis. Een mens heeft voor slechts één nachtje slapen toch aardig wat bepakking mee. Een karretje vol. Ik kwam op de begane grond erachter, dat mijn autosleutel nog op de derde verdieping lag! Lekker bijdehand Jo! Retour met de kar naar boven en op herhaling. 

Auto in laden twee plastic zakken met dekbed dekentje en kussen. Een zak weggeef kleding voor de dames, gekregen van een goeie buur. Een tas met spulletjes en cadeautjes en een beautycase. En dan niet te vergeten mijn gewone handtas. Ik prop alles in mijn wonder op wielen en haal uit mijn handtas, mijn Tommie, een flesje water, telefoon Dat zet ik op de plek bij de versnellingspook. Ik ga zitten en steek de sleutel in het slot. Stoot daarbij tegen mijn lieveheersbeestje dat al een half leven meegaat als mascotte in alle auto’s. Nu valt hij van het dashboard af.. Ja.. een goed begin is het halve werk Jo!. Vervolgens zie ik dat ik Tommie kwijt ben, die had ik toch net in mijn handen en op de stoel naast de bestuurdersstoel gelegd? He? Hoe kan dat nou? Ik stap uit en kijk nog maar eens in mijn handtas. Neen geen Tommie. Dus nog maar even de stoelen aan een nadere inspectie onderwerpen. Ineens zie ik het randje van mijn navigatiesysteem tussen de rugleuning en de zitting klem zitten. Toen ik ging zitten, lag hij daar en ben ik erop gaan zitten maar kennelijk was hij zo geschrokken, dat hij zich razendsnel tussen zitting en rugleuning heeft laten glijden en wij beiden er niets van gevoeld hebben. Gelukkig is hij nog heel en doet wat hij moet doen. Navigeren dus!

Ik rij richting Amersfoort om af te buigen richting Utrecht. Dan komt er ineens met een dubbel zwaailicht en toeters en bellen een ambulance de weg op schieten. Die heeft overduidelijk haast. Iedereen geeft hem de ruimte. Daarna gaat de rit voorspoedig. Het is druk op de weg en ik vermaak me met liedjes zingen en deuntjes neuriën en goed opletten, want tegenwoordig lijdt bijna iedereen op de snelweg aan de ziekte die haast heet en geeft men een ander weinig tot geen ruimte meer. Men haalt in op de meest idiote momenten. En wanneer Tommie mij zegt links aan te houden in een scherpe bocht en ik mijn knipperlicht aandoe, ontwaar ik vanuit mijn ooghoeken een klein wit autootje, ik corrigeer en wil hem voorbij laten gaan, maar hij houdt gas in waarmee hij te kennen geeft dat ik erlangs kan en


dat wil ik dan ook. Dan geeft hij plotseling een flinke dot gas en stuift mij alsnog voorbij met zijn vinger wijzend naar zijn voorhoofd. Dit brengt hem op nog geen 50 meter verder van mij vandaan want bij de stoplichten sta ik achter hem. Blaaskaak denk ik en rij heel rustig Alphen binnen. Ziezo gered. Maar wat een drukte op de Nederlandse wegen niet normaal meer. 

Ik wordt hartelijk ontvangen door de heer des huizes die net terug is van een rondje fietsen (100 kilometer) ha ha ha uitslover, plaag ik.

Dan komt vriendin ook binnenzeilen en eten we snel een boterhammetje, laden de spulletjes uit en maak ik mijn bed gereed voor de nacht in de riante keldersuite. Op het kleine kussentje ligt een schattig chocolade lieveheersbeestje. 

                                                      


‘Heb jij misschien een stukje dubbeltape, vraag ik aan Willem. Dan kan ik m’n mascotte weer opplakken. Dat heeft hij na enige minuten gevonden. 

Vriendin en ik gaan samen naar haar dienstje, zij werkt bij een bedrijf dat er zorg voor draagt, dat de aller oudsten onder ons, bezoek krijgen, een wandelingetje maken, even theedrinken op het terras met iets lekkers erbij. De dame in kwestie is 94 jaar. Wanneer wij komen ligt ze aangekleed in bed en tillen wij haar met zijn tweetjes voorzichtig uit bed. En zetten haar in een rolstoel. Ze heeft pijn, want ze heeft haar enkel verstuikt na een lelijke valpartij. Zo goed en zo kwaad als het gaat hijsen wij haar in een vestje, halen een kam door haar haar en nemen haar mee naar buiten. Even weg uit de bedompte sfeer van dementie. Frisse lucht doet haar goed. Ze dementeert en alles gaat aan haar voorbij. Maar haar gezicht licht op wanneer wij op het terras gaan zitten en thee met een dikke plak cake bestellen. Er komt een sprankel in haar ogen wanneer wij allebei onze koekjes bij de thee aan haar geven. Het lijkt wel of ze sommige dingen wel doorheeft en de rest langs zich af laat glijden. Ze heeft niemand. Geen kinderen en geen familie. Eigenlijk wil ze hier helemaal niet meer zijn. Hoewel het complex prachtig is met een mooie aangelegde wandeltuin met volières straalt het voor mij ook iets heel verdrietigs uit. We lopen wanneer de thee op is een rondje over het wandelpad, wanneer we een poortje doorgaan hangt er een vitrinekast aan de rechterkant met allemaal houten speelgoed. Met een voor mij in het oog vallende heel groot lieve heers beest.


                                                           
Op de terugweg slenteren vriendin en ik naar huis langs een haag die vol zit met lieveheersbeestjes. Er zit er zelfs een op haar hand. Ik loop wat moeilijk vandaag, maar met twee rustpauzes red ik het. Willem kookt en dat doet hij overheerlijk. Willem en Aveetje hebben vroeger een restaurant gehad. Ik laat mij heerlijk vertroetelen. Afwassen doen ze niet aan, alles gaat de vaatwasser in en s ’avonds zitten wij genoeglijk met een kopje thee ieder zijn eigen ding te doen. 

Ik ga bijtijds naar bed, morgen drukke dag met dertig kinderen. 

Aveetje en ik rijden vrijdag samen heen. 

Wordt vervolgd.


Josephientje 12-6-2022 


Reacties

  1. Zo herkenbaar,die rot onzekerheid.
    Goed dat je het gedaan hebt,stapje voor stapje .
    Ik jouw geval letterlijk

    BeantwoordenVerwijderen
    Reacties
    1. Wat een prachtig avontuur heb je hier weer verwoord. Ik had hier vroeger ook erg veel last van, tegenwoordig heb ik het af en toe op onbekend nog steeds. Maar ben supertrots dat ik er niet meer aan toe geef en gewoon ga ,net al jj gedaan hebt, José ik ben trots op jou hoor.

      Verwijderen

Een reactie posten

Populaire posts van deze blog

SEPTEMBER

  September  Wanneer wij, (het volledige stoksjok team) moedig op pad gaan, een klein beetje regen trotserend, hebben wij het helemaal naar ons zin op de heide. Wat is het weer genieten met een grote G. Dit nodigt uit tot het maken van mooie plaatjes van de in het oog vallende, eerste paddenstoelen in deze aanloop naar de herfst. Na de eerste loopronde, rusten wij altijd even uit bij ‘Tante Jans’ het half vergane en bijna gesloopte dierbare bankje doet nog prima dienst als uitrust plek voor deze twee ijverige stoksjokkers van Nederland. We puffen even uit en bekijken de geschoten plaatjes, maar genieten vooral van de rust en stilte op dit vroege tijdstip.   FOUT! Helemaal FOUT.  Achter ons ligt een stuk uitgestrekte heide dat zich in al haar kleurenpracht toont, alleen daar al wordt je stil. Plotseling horen wij, uit het niets, flarden van heel druk gepraat. Wij kijken elkaar aan en hebben zoiets van ‘moet dat nou zo nodig?’ weg serene rust, weg stilte. Wanneer wij ons omdraaien om een

Avifauna of seniorenflat ?

                                                                  Het mensdom ten voeten uit. Met kromme tenen stap ik vanochtend klokslag 6.40 uur mijn bed uit. Ik loop met mijn IPhone in de aanslag mijn bescheiden balkonnetje op. Het is mijn uitslaap zaterdag, deze wordt voor de zoveelste keer wreed verstoord  door het aanhoudende gekras van een stuk of 30à kraaien, kauwen, eksters, en ander gespuis dat veel herrie maakt. Ik maak er maar weer het zoveelste filmpje van voor het dossier, trek mijn slippers uit en klepper voor de zoveelste keer om het gespuis weg te jagen. Ik weet dat het niet aan het dierenrijk ligt, maar aan het mensdom, met de nadruk op de laatste lettergreep. Zij vinden vogels voeren echt nodig in deze hitte en doen dat ijverig elke ochtend. Er worden ook nog eens bakken water bij neer  gezet, want de arme beestjes zullen wel dorstig zijn. En zo kunnen ze ook leuk badderen. Op dit moment staan er vier zwembadjes in de tuin voor de vogels, waarvan een schuin onder mi

Carpe Diem

                                 Daar zit ik dan achter mijn pc, met voor mij een hele witte pagina. Het voelt alsof ik voor een wit doek zit met al mijn schilderspullen naast mij, niet wetende waar te beginnen. Ik wil zo graag schrijven over wat er allemaal rondom mij gebeurd, maar de afgelopen weken waren meer dan hectisch. Wat kan er veel gebeuren in korte tijd. Ik neem u even mee op mijn pad en begin bij de dag alweer een aantal weken geleden dat ik met een lieve vriendin naar een voor haar niet zo’n leuke afspraak moest. ‘Jos, ga je met mij mee, ik wordt van jou zo rustig en rij jij dan?’ Ja tuurlijk doe ik dat. Zo komt het dat wij op een vroege zonnige ochtend, ruim op tijd, wegrijden van haar huis, richting afspraak. Zij bloednerveus en ik de kalmte zelf. Tommie staat op het dashboard dus wat kan ons gebeuren? Toch bemerk ik dat wij een aantal keren door Tom gestuurd worden waarbij ik het gevoel krijg dat wij hier al eerder langs gereden zijn en dat terwijl ik het ding van tevor